Schrijven lijkt soms op het betreden van een mijnenveld
Gezien het feit dat mijn boek, wat de titel UNITED NOTHING krijgt, gaatover mijn periode tijdens de oorlog in Bosnië is dat misschien cynisch maartoch ook wel heel passend in de context. Tussen 1992 en 1995 werd ruim 1.200km2(wat 2,5% van het land beslaat) “vervuild” met meer dan 2 miljoen mijnenexplosieven. In de oorlog resulteerde dit tot bijna 4.000 doden en gewonden. Zelfsna de oorlog vielen door deze mijnen in de periode tussen 1996 en 2017 ruim1.000 doden en 3.000 gewonden. Nog steeds zijn veel plekken in Bosnië een grootrisico en kunnen niet of nauwelijks worden betreden. Tijdens de periode dat ikin Bosnië verbleef, raakten sommige Nederlandse collega’s gewond tijdens mijnongelukken.Sommige gelukkig alleen maar licht gewond, echter sommigen bleven voor de restvan hun leven verminkt.
Gezien de risico’s van een mijnveld, moet je dus wel zeker weten of je hetgaat betreden. Je kan er ook omheen lopen of ervoor weglopen. Datzelfde geldtook voor het schrijven van een boek. Als dat op je weg komt, loop je er voorweg of je begint eraan en maakt het af. Het is echter redelijk makkelijk om tezeggen dat je een boek gaat uitgeven, maar toen ik beslissing had genomen eneen contract met een uitgever had getekend, moest ik toch even slikken. Realiseerdeik eigenlijk wel wat dat betekende?
Net zoals het betreden van een mijnveld moet je bij het schrijven van eenboek van tevoren vastleggen welke richting je gaat kiezen. Ook zal je omvangvan de activiteiten goed moeten bepalen. Voor je het weet ben je met van alles ennog wat bezig en weet je na een tijdje niet precies meer waar je begonnen benten waar je had willen eindigen. Eigenlijk heeft schrijven, net zoalsmijnenruimen, veel weg van boekhouden. Je schetst welke richting je opgaat,welke gebieden je werkzaamheden moeten omvatten, welke details belangrijk zijnen daarna moet er een proces volgen wat je dit allemaal complementeert. Datklinkt overigens niet heel creatief en eigenlijk is dat ook een groot deel vande schrijfactiviteiten niet. Zoals een goede musicus zal beamen bestaat succesvoor 10 procent uit talent en 90 procent uit gewoon heel veel oefenen en doen.Dat geldt ook voor schrijven en mijnenruimen want als richting, omvang, detailleringen het proces niet goed met elkaar verbonden zijn sneuvel het boek of de mineur.
Toen ik mijn dagboek, wat ik bijhield in 1994 en 1995, voor het eerst in 24jaar doorlas heb zelfs zwaar getwijfeld of ik eigenlijk wel een boek moestuitgeven. Ik heb delen daarvan laten lezen door mede-veteranen en die hebbenmij eigenlijk over de streep geduwd. Toen ik die barrière had overwonnen, hetik er sterk over gedacht of ik het dagboek deel van het boek niet geheel moest herschrijven om hetallemaal wat meer correct te laten lijken. Als ik sommige fragmenten teruglees,kan ik vaak helemaal niet trots zijn op mijn eigen gedrag, op de missie encontext waarin we de missie probeerden uit te voeren. Ik heb toch besloten defragmenten niet bij te werken, hooguit wat de verduidelijken of te redigeren. Ikdenk dat het anders geen realistisch beeld zou vormen. Daarom zal het boek ooklaten zien hoe we ons soms stierlijk verveelden, ruzie maakten, baalden, dwarswaren en de regels overtraden. Regelmatig dronken we te veel vanwege stress ofuit verveling of uit demotivatie en frustratie omdat de oorlog maar doorging,de VN niets voor elkaar leek te krijgen en wij steeds vaker misbruikt,beschoten en gegijzeld werden door de strijdende partijen. Daarom lijkt somsweleens of onze hoogtepunten alleen bestonden uit het moment dat we op verlofgingen.
Met het samenstellen en schrijven van mijn boek stond ik ook voor veelkeuzes. Ging ik een smal pad door het mijnenveld banen of een weg die breedgenoeg zou zijn voor tanks. Ik heb daarin de keuze gemaakt dat het geen boek wordt die de hele Bosniëoorlog wil beschrijven, zelfs niet een boek waarin de val van de enclaveSrebrenica uit ten treure is ontleed. Het boek gaat vooral over het dagelijkseleven, over de onmacht van de VN-macht in Bosnië, de enorme chaos in deVN-bevelvoering, de beschietingen, blokkades en gijzelingen door de strijdendepartijen, het totaal onmogelijke mandaat met een te kleine, nauwelijksbewapende vredesmacht en de volledig verkeerde voorstelling en beloftes diegedaan waren aan de wereld en aan de lokale bevolking. Het verhaal is min ofmeer beperkt tot de Support Command en Dutchbat en omschrijven vooral deomstandigheden en gebeurtenissen in het missiegebied rondom Tuzla enOost-Bosnië. In die oorlog was ik zes maanden lang niet meer dan een kleinradertje in de VN-machine. Op verschillende locaties in Bosnië ervoer ik demachteloosheid en de frustraties, zag ik het lijden van de Bosnische bevolkingen zat ik soms gevangen in het kleingeestige, soms heel benauwendeVN-kampleven. Het boek zal worden ingeleid met een redelijk uitgebreideinleiding over het conflict in vooral Oost-Bosnië, de vorming van de enclavesen het instellen van het mandaat en de vorming van Dutchbat en deondersteunende eenheid Support Command. Het boek laat ik eindigen met eenanalyse en conclusie over deze missie. Dit boek zal gebaseerd zijn op mijngesprekken met lokale mensen, met collega’s en officieren. Daarnaast heb ikgebruik gemaakt van de kranten en tijdschriften die ik in die periode las enbewaarde. Dit is gecombineerd met persoonlijke visies, ervaringen en opiniesdie soms (te) subjectief waren en beïnvloed waren door media en de politiek,georkestreerd door het Nederlandse leger, beïnvloed door cultuur, afkomst enopleiding en soms alleen maar gebaseerd op mijn gevoel, dat wel de meestsubjectieve bron van informatie is. Mijn nieuwshonger in de oorlog werd ookaangevuld met de vele “inlichtingenpraatjes” die ik bij mocht wonen vanwegemijn nieuwsgierigheid en de inlichtingenrapporten die ik in Bosnië onder ogenkreeg. Na de oorlog is mijn kennis aangevuld met de onuitputtelijke stroom vanboeken, inlichtingenrapporten en rapporten die na de val van Srebrenica en heteinde van de oorlog zijn uitgekomen,
Ik ga niet pogen van mijn boek een objectief geschiedenisverhaal van te maken. De realiteit leert dat de geschiedenis nooit objectiefis, wat voor de één een verdedigingsoorlog is, is voor de ander eenagressie-oorlog. Vaak bepalen je ervaringen, je geboorte en de groep waarin jeopgroeide of de groep waar je soms zelf naar toe bent gegaan of gedwongen werdnaar toe te gaan, aan welke kant je staat. Oorlog is nooit “schoon” en elkekant in het conflict zal altijd blijven vol houden dat vooral de ander de agressorwas. Er zijn daarnaast al voldoende historische boeken geschreven over hetconflict, zelfs van de meeste daarvan durf ik te zeggen dat die niet objectiefzijn. Mogelijk dat u als toeschouwer het objectiefst bent, maar zelfs datbetwijfel ik. Het boek is ook niet geschreven om mensen de les te lezen, ik hebeigenlijk zelf geeneens een doelgroep voor ogen gehad. Het schrijven van hetboek is begonnen met als doel dat ik het conflict en mijn rol in dat conflictvooral voor mij zelf duidelijk wilde hebben. Het boek zal in de ogen van lezersniet altijd objectief lijken en waarschijnlijk ook niet zijn, maar dat lijkt megezien mijn ervaringen ook eigenlijk niet mogelijk. Dat zij dan maar zo.